Trimsalon én een studie diergeneeskunde?

Veel klanten weten inmiddels wel dat ik afgelopen september begonnen ben met de studie Diergeneeskunde. Voor wie mij nog niet kent, maar mij graag wat beter wil leren kennen, hierbij een leuke blog over deze combi van trimmen en studeren. Met natuurlijk ook het hoe, wat, waar, waarom :-)

Ik wil graag “iets met dieren” doen…
Dat zeggen veel dierenliefhebbers, als ze een keuze moeten maken voor een studie of beroep. Heb ik ook best lang geroepen. Toch heb ik na de middelbare school niet direct voor een dierenstudie gekozen. Ik was namelijk ook erg geïnteresseerd in de studie Psychologie. Daar ben ik dus voor gegaan; studie afgerond en het onderzoek in gegaan. Lang verhaal kort; dit bleek het toch niet voor mij. Ik wilde, jawel jawel, toch echt heel graag “iets met dieren” gaan doen. Ook bleek maar weer dat ik toch graag iets praktisch doe. Ik besloot te gaan trimmen; lekker voor mijzelf aan de slag en met katten bezig. Wat wil een mens nog meer??

Nog meer uitdaging
Ergens kriebelde het nog steeds om toch diergeneeskunde te gaan doen. Ik dacht alleen in eerste instantie dat dat niet haalbaar was; als je al een studie hebt afgerond moet je officieel het zogenaamde instellingstarief betalen aan de universiteit. Dat is op zijn zachtst gezegd erg veel. Echter, diergeneeskunde bleek daarin (met een aantal andere studies) een uitzondering; ik kon het dus voor normaal tarief volgen. Tsja, toen werd het ineens wel erg aantrekkelijk. Ik vond (en vind!) het trimmen super leuk; ik kan daar echt mijn ei in kwijt en het werken met katten blijft natuurlijk enorm leuk. Echter wilde ik stiekem méér. Dus ja, dan zit je zomaar op je 26e weer hard te studeren, om de selectie voor de studie door te komen.

Maar hoe combineer je dat dan??
Een vraag van veel klanten; hoe doe je dat dan, zo’n combi? Dat vraag ik mezelf soms ook af, haha! Gelukkig is het trimmen natuurlijk super flexibel in te plannen. Ik trim meestal tussen de 10-15 katten per week. Dat is zo’n 15 uurtjes per week; dat is gelukkig goed te combineren, ondanks dat het een fulltime studie is. Komt bij dat trimmen naast werk, ook een soort ontspanning is. Dat scheelt een heleboel.

Met je neus in de boeken
Best pittig is het soms wel, al dat studeren. Van diergeneeskunde zeggen ze altijd 1 ding: de leerstof is vooral, heel, heel veel. En dat is waar. Het is niet per se super ingewikkeld (al hangt dat wel van het onderwerp af hoor), maar het is wel veel. Komt bij dat je natuurlijk ook nog eens veel diersoorten hebt, die ook nog van elkaar verschillen. Gelukkig is de opleiding in Utrecht ook best praktisch ingesteld. Vanaf jaar 1 zitten er al veel practica in, ook al echt met dieren. Je zit dus niet alleen maar uit een boek te leren; dat scheelt een heleboel. Zo oefenden we vorige week met bloeduitstrijkjes maken; voelt dan toch ineens wat “echter”.

Kattenpractica
En nu ben ik alweer bijna aan het einde van mijn eerste jaar. En wat bevalt de studie goed. Is alles dan leuk? Nee, natuurlijk zitten er altijd dingen in die tegenvallen; de hele scheikundige processen die je uit je hoofd moet leren, daar word ik niet warm van. Al snap ik natuurlijk echt wel dat die basis belangrijk is. Maar anatomie, ziekteleer en natuurlijk de practica; die zijn super interessant. En alles met katten; dat is natuurlijk extra leuk. In het eerste jaar leer je natuurlijk ook vooral gewoon omgaan met verschillende diersoorten, waaronder katten. Van hoe katten te benaderen, tot hoe je kunt zorgen dat een dierenartsbezoekje zo stressvrij mogelijk gaat, tot het uitvoeren van een kort algemeen onderzoekje. Die katten gingen me best goed af ;-). Want tsja, voor mijn trimopleiding heb ik natuurlijk al heel veel geleerd over katten(gedrag) en hoe katten te hanteren. Maar je krijgt natuurlijk ook ineens koeien voor je; dat is even andere koek. Ook heel leuk overigens; ik vind eigenlijk alle dieren leuk.

Nuttig voor de trimsalon
Ik ben natuurlijk pas een eerstejaarsstudente; ik kan dan ook echt niet een check-up bij de dierenarts vervangen. Maar, ik leer wel steeds meer bij en dat is heel handig tijdens het trimmen. Ik keek altijd al wel even naar de tanden bv, maar ik weet nu natuurlijk steeds beter waar nog meer op te letten. Dat betekent niet dat ik nu ineens kan vaststellen of een dier ziek is en wat het dan heeft, maar dat zorgt wel dat ik nog alerter ben op mogelijke medische problemen en mensen dus sneller kan doorsturen naar een dierenarts. En dat is natuurlijk altijd mooi meegenomen :-).

Vooralsnog gaat het dus eigenlijk best voorspoedig. Super leuk om deze mooie combinatie van dingen te kunnen doen. Ik weet natuurlijk niet wat de toekomst brengt, maar voorlopig blijf ik lekker trimmen naast mijn studie. Niets fijner dan katten te kunnen helpen met hun vacht en daarnaast lekker bezig te zijn met verder leren. Op naar volgend studiejaar! Al moet ik nu eerst nog “even” de laatste 2 vakken afronden ;-).

Previous
Previous

Vervilte vacht als indicatie voor artrose?

Next
Next

Trimmen met een roesje?